In 1989 kwam er een bundel uit met verhalen van Bruce
Chatwin onder de titel “Wat doe ik hier?”. Het is de vraag van iemand die niet
gebonden is aan een of andere religie, want iemand die gelooft kent het
antwoord. Dat had je gedacht, getuige de gesprekken met mijn moeder over de
dood, ze is nu negentig en ernstig aan het dementeren, de schat, ze twijfelt.
Wat zij hier deed was vooral moeder zijn, in de zin van ons
gebaard te hebben, zes kinderen door een stormachtige kindertijd geloodst te
hebben, om vervolgens in alle eenvoud, na de vroege dood van haar echtgenoot,
een eenzaam bestaan te hebben geleid. Haar verhalen, die ik als kind talloze
malen heb gehoord, waren die van heimwee naar een verloren tijd. Haar Indische
verleden, heeft dan bij mij als zodanig ook een bepaald stempel gedrukt, vreemd
genoeg die van een bepaalde weerstand.
In tegenstelling tot mijn vader, die vond dat je, eenmaal
arm geboren, hij drukte dat mooi uit, “een dubbeltje, zal niet gauw een kwartje
worden”, je moest neerleggen bij je lot.
Het is dat gegeven, wat hoe negatief het ook mag klinken, me
naast de uitspraak van mijn moeder “jullie zijn niet zomaar bruintjes”, de
stimulans en de drive heeft gegeven, zoveel mogelijk uit dit leven te halen.
Door mijn omgeving, die van het lager onderwijs bij de
broeders, leerde ik dat er meer was dan alleen maar werken voor de kost. De invloed
van kerk en kloosters was die van het geestelijke leven, de kunsten en de
wetenschap.
Als kind gelovig, we moesten veel dingen, gedwongen naar de
kerk en zo, leerde ik ook wat verhalen deden, welke invloed ze op je hadden.
De prachtige schilderingen in de basiliek, de Bijbelse
geschiedenis, ze schiepen naast het normale wereldbeeld een imaginaire, als bij
films, realiteit.
Is dat wat ons onderscheid als mens ten opzichte van de
dieren. Kun je daar lering uit trekken, waarom we hier zijn?
In ieder geval gaf het me genoeg basis, om een leven lang
met die vraag bezig te houden.
De kunst van leven, zou dan ook een mooi standaardwerk
kunnen zijn, voor degene die zich geroepen voelen, mensen te onderwijzen.
Niet de educatie tot een succesrijk leven, want daar rust,
vind ik te veel smet op.
Eerder een handboek wat je leert, hoe om te gaan met benarde
situaties, die of wel te keren of te accepteren. Maar ook die van het celebreren
van het leven, met al zijn prachtige momenten.
Je mag dan wel afhankelijk zijn van je milieu, de sociale
klasse waarin je wordt geboren, er zou een mooie weg uitgestippeld kunnen zijn voor
iedereen.
Daar draait volgens mij educatie, scholing om. Dat wat voor
jou als individu past en zinvol is.
Een simpele gedachte voor een groot ding. Een helder
antwoord voor een complex gegeven. Los van elke ideologie, want die worden te
vaak gebruikt voor zelf verrijkende doeleinden. Delen in kennis kan daar een
mooi stuk gereedschap voor zijn.
Bruce Chatwin inspireerde me niet allen met die vraag, om
verder te denken, maar ook om te reizen. Andere mensen en hun cultuur te
ontmoeten.
Het is die fysieke ontmoeting die maakt dat je leert hoe anderen
zijn, daardoor creëer je ruimte voor iedereen, al blijft er enige scepsis
bestaan ten opzichte van totalitaire denkwijzen, die helaas ook deel zijn van
sommige religies.
Chatwin overleed 1989 op 49 jarige leeftijd na, volgens de
persberichten toen, een in China opgelopen exotische schimmelziekte. Jaren nadien
bleek het HIV te zijn, iets waar je toen niet mee te koop liep.